Het handje

‘Verdraaid, waar heb ik dat nummer nou,’ mopperde ze.
Ze moest Ellie terugbellen, maar het papiertje met het mobiele nummer was spoorloos. Ze had al in alle laatjes en kastjes gekeken, haar auto uitgekamd, al haar tassen leeggegooid, maar het kleine gele briefje bleef onvindbaar.
Geïrriteerd liep ze naar de slaapkamer en trok het laatje van haar nachtkastje open. Het puilde uit van de werkjes en briefjes van haar kinderen. Ze rommelde in de wirwar van papiertjes en ineens had ze het in haar handen: de gipsen afdruk van een kleuterhandje.
Ze wist niet eens meer dat ze het nog had. Het was al zeker twintig jaar oud.
Langzaam ging ze op het tweepersoonsbed zitten.
Ze legde het kleine kinderhandje op haar hand, bijna voelde ze de warmte ervan. Ze zag de kleine nageltjes met de onregelmatige randjes, Kim was een nagelbijtertje geweest. In gedachten streek ze zachtjes over het kinderhandje, gevangen in de tijd.
Beelden gingen door haar hoofd van een vrolijke spring in het veld. Een kleine krullenbol voorop de fiets: ‘Gezellig hè, mama.’ Geknuffel in het grote bed.
Een kleine twintig jaar later, was er weinig over van de vrolijke kleuter.
Al drie jaar hadden ze geen contact gehad. Vrienden hielden haar sporadisch op de hoogte. Zo wist ze dat Kim in een kraakpand woonde, verschillende relaties had, opgenomen was geweest in een afkickkliniek maar door oude vrienden toch weer drugs gebruikte.
Ze had haar dochter een paar maanden geleden zien lopen, haar hart was gebroken. Een schim van het meisje dat het had moeten zijn. Het liefst had ze op haar af willen lopen, haar omhelsd en mee naar huis genomen, maar iedereen had het afgeraden. Een verslaafd kind in huis nemen, was vragen om ongelukken, bovendien moest ze ook aan de andere kinderen denken. Dus was ze op haar fiets gestapt en met tranen in haar ogen naar huis gegaan. Ze wist dat ze gelijk hadden, maar haar moederhart kon niet ineens stoppen met liefhebben.
De telefoon ging, automatisch nam ze op, ‘Met Marjan.’
‘Hoi Marjan, met Ellie, je zou me nog bellen, maar het papiertje met mijn nummer lag hier nog op de keukentafel.’
Voorzichtig legde ze het handje terug en schoof het laatje zachtjes dicht.

10 gedachtes over “Het handje

  1. Een steen op mijn maag.
    Wij kennen die situatie helaas maar al te goed al was de oorzaak een andere dan drugs. Maar God zij dank (!) is het contact er weer gekomen en dat blijven we koesteren.

    Like

  2. Mooi geschreven Hanneke maar het lijkt me verschrikkelijk als je een kind hebt dat verslaafd is hoe moeilijk dat is voor de ouders ,het blijft je kind en je kan alleen maar toekijken en wachten dat het ooit weer goed komt .
    Liefs ida

    Like

  3. heel goed en beeldend geschreven en tja..deze dingen gebeuren helaas;(
    lijkt me vreselijk als je je kind zó moet zien lijden en wat doet een moederhart? die lijd net zo hard mee…..

    Like

Geef een reactie op Dinie Reactie annuleren